Vriendschap

Details over het schip Vriendschap, BHS nummer 10318


Algemene gegevens
BHS-nummer Scheepsnaam Type schip Gebouwd van Bouwjaar Werf Plaats van de werf
10318 Vriendschap wilnisseaak ijzer in 1897 Haring, wed. M. Wilnis
Gebied en vracht
Oorspronkelijk vaargebied Oorspronkelijk soort vracht Huidige ligplaats
Noord- en Zuid-Holland& Utrecht vracht/zand& turf& basaltblokken Onbekend
Illustraties:
Klik hier voor de afbeelding

Klik op de thumbnail voor een grotere illustratie (opent in een nieuw venster).
Klik hier voor de afbeelding

Klik op de thumbnail voor een grotere illustratie (opent in een nieuw venster).
Klik hier voor de afbeelding De VRIENDSCHAP naar de reunie 2012 van de LVBHB in Hasselt.
Gemaakt op/in: 26 juli 2012, 11:24:44
Foto: Simon J. de Waard.
Creative Commons Licentie

Klik op de thumbnail voor een grotere illustratie (opent in een nieuw venster).
Maten
Lengte Breedte Diepgang Holte Tonnage Hoogte mast
17 m 67 cm 3 m 82 cm 0 m 65 cm 1 m 40 cm 14 m 10 cm
Motoren:
Merk Type Serienr. Bouwjaar Nieuw of gereviseerd? Jaar geplaatst Jaar afgedankt
Ford Nedalo 1982
Verhalen over dit schip:
VRIENDSCHAP Wilnisse aak; Sbase 318
G.H.W. MEIJER 47,5 ton, 17.67 x 3.82 x 1.40 meter.
In 1897 liep van de werf Haring te Wilnis een ijzeren aakschip te water. De meetbrief van 1909, nr. Utrecht U 254, staat op naam van wed. M. Haring. Zij liet het schip onder de naam Adriana bevaren door P.A. Reinderts te Hei- en Boeicop, die er zand mee vervoerde, dat uit de rivieren werd gebeugeld. In 1925 werd de aak verkocht aan P. Bosman en kreeg de naam Bernardus.
Aan de Wittevrouwensingel te Utrecht had hij een turf- en kolenhandel. Vanuit Vinkeveen en Loosdrecht haalde hij de turf en in de zomermaanden werd er daarnaast met basaltblokken gevaren.
Die werden in Vreeswijk ingenomen en naar Den Helder vervoerd, voor de Zuiderzeewerken. Tot 1963 was de Wilnisse aak in de vaart, nog volledig onder tuig.
Vroeger werd gevaren onder zeil en met een opdrukker.
In 1971 hebben we haar letterlijk van de vuilnisbelt van Maarssen weggehaald. Ontdaan van mast, zwaarden, roer, luiken, lieren, enz. (één grote roestbak). Na veel tijd, geld en noeste arbeid, zoals lassen, klinken en het maken van mast, zwaarden, roer, luiken, enz. is zij als enige Wilnisse aak praktisch origineel weer onder zeil in de vaart.
Als dank aan allen die van het begin meegeholpen hebben aan de renovatie en tegelijkertijd een verwijzing naar al die nieuwe vriendschappen die we met ons schip krijgen, is de Hollandse naam ‘Vriendschap’ ontstaan. In de winter van 1989/1990 hebben we het interieur van de roef helemaal gerestaureerd. Het is nu weer zoals het vroeger was. Doordat we de roef openstellen, krijgen we van oud-schippers spulletjes uit die tijd. We kregen een keer de opmerking: “Dit is het kleinste museum van Nederland.“
In 1990 heeft de Vriendschap weer vracht gevaren van Groningen naar Gouda, 30 vaten aardappelstroop voor de stroopwafels. De bedoeling was om de reis met de mogelijkheden van circa 1917 uit te voeren, de stad uit met behulp van een opduwer, zeilen waar gezeild kon worden, gejaagd door bemanning of paard, gesleept door een historische sleepboot en als het niet anders kon bomend door de grachten van Utrecht. Dit is vastgelegd op film en in het boek ‘Strooptocht’. Specifieke kenmerken:
De kop loopt wat eigenwijs op en de gangen lopen overnaads in de zij weg. Je kan goed de overgang van houtbouw naar ijzer zien. Ze heeft wat weg van een houten keen. Tegen de voorheve, onder de waterlijn, zat met twee hoeklijnen een houten loefbijter. Die is nu in ijzer uitgevoerd. De achtersteven is overhangend. Het roer is vissend, wat vreemd is voor binnenvaartschepen.
De achtersteven was van hout met geklonken ijzeren wangen. Voor haar lengte (17,67 m) vervoert zij veel tonnage (47,463). Ze heeft een grote holte en een 9 meter lange luikenkap. De redelijk grote roef is vrij luxe uitgevoerd. Kastdeurtjes en de schuifdeurtjes voor de kooi zijn voorzien van geëtst glas met o.a. bloemmotieven.
Het vooronder is uitsluitend voor bewoning, twee grote kooien, waar vier personen of vele kinderen konden slapen. Er kan namelijk niet voorbij de mast geladen worden omdat de mastkoker als één geheel met het waterdichte schot is geklonken. De mastvoet met tegengewicht kan zo vrij van zand door de uitwip. Specifiek van de mastkoker is,
dat deze twee uitwip-mogelijkheden heeft.
Je kunt de gestreken mast namelijk op twee hoogtes in de koker laten draaien, waarbij de laagste stand een lagere kruiplijn geeft. Ze heeft een vlakke zeeg, voor een lage kruiplijn. Toch heeft ze een elegante lijn en oogt ze klein voor haar tonnage. Over de werf Haring: de werf bestond al ver in het midden van de 18e eeuw. Het was de grootste en de laatste van de zes werven die er in Wilnis waren. Haring heeft als wethouder nog geprobeerd de sluizen te vergroten zodat hij grotere schepen kon bouwen. Dat stuitte op verzet van de boeren, die er geen belang bij hadden.
In 1926 werden de poorten gesloten en er kwam grote werkloosheid. Niet alleen de 60 mensen van de werf kwamen op straat te staan, maar ook werknemers van de toeleverings-bedrijven.
In 1997 toen de Vriendschap honderd werd, is ze door de Wilnisse gemeenschap onthaald en afgemeerd in wat er van het werfgat is overgebleven. En zo merkten we dat de Wilnisse aak precies op de sluizen en bruggen was gebouwd. Langer bouwde Haring ze nog wel, maar breder kon niet. Buiten de sluis werd een dekschuit dwars in de vaart gelegd, palen met zeildoek werden er langs in de bodem geslagen. Het schip voer de sluis in, de deuren werden achter het schip gesloten. Door zijn lengte stak ze voorbij de andere deuren tot de dekschuit. Als het water gelijk stond werd de boel afgebroken en het schip voer de sluis uit, om nooit meer terug te komen voor onderhoud of reparatie. Via Boskoop waar ze in hooibergbouw gingen en zich specialiseerden in de Harings Hooiberglieren,
bestaat het bedrijf nog steeds onder de naam Houtstaal b.v. te Zaltbommel.